Op de plaats waar ooit de paarden in de rosmolen hun rondjes liepen, staat sinds 1975 een rij van acht woonhuizen: Rosmolenplein 14a tot en met 21. Maar tussen de brand in 1884 en de bouw van deze woonhuizen verrees hier een complex van merkwaardige gebouwen. Het geheel zag er gedurende de laatste jaren van haar bestaan onooglijk uit en was dan ook rijp voor afbraak.
In 1970 werd het complex gesloopt. Garage Smeulders, zo zal het bij veel mensen bekend zijn. Maar dat er in de gebouwen een hele reeks aan andere bedrijfsactiviteiten heeft plaatsgevonden, is misschien minder bekend.
Op onderstaande luchtfoto uit 1940 zijn het de witte panden en de schuur rechts daarvan, ten noorden van het Rosmolenplein.
Na de brand kwamen de percelen van de rosmolen in bezit van de leerlooier Adriaan van den Hout, die op het aangrenzende perceel aan de Hoefstraat woonde, tegenwoordig nummer 306. In 1891 richtte hij ter plaatse een schuur op waarin hij zijn leerlooierij onderbracht. Enkele jaren later werd er een woonhuis tegen de schuur aan gebouwd en nog een schuur.
Vervolgens kwamen de percelen in bezit van Petrus van den Hout, die op nummer 308 in de Hoefstraat woonde en eveneens leerlooier was. In 1910 vroeg hij een vergunning voor het oprichten van een leerlooierij in de bestaande gebouwen.
Nadien zijn de panden, of een deel daarvan, in gebruik geweest als kunstlederfabriek, distilleerderij, sigarendrogerij, smederij en uiteindelijk als garage. Maar ook illegale bewoning en onderverhuur werd in die tijd niet geschuwd.